Katachtige

De familie van katachtigen, ook wel Felidae genoemd, is een groep van zoogdieren die zich hebben aangepast aan een carnivore levensstijl. Ze zijn te herkennen aan hun scherpe tanden en klauwen, die ze gebruiken om prooi te vangen en te verorberen. De katachtigen zijn ook voorzien van een uniek orgaan in hun mond, genaamd de Jacobson's orgel, dat hen in staat stelt om de geur van prooi op te sporen. 

Er zijn vele soorten katachtigen, variërend van de kleine kamerkat tot de grote luipaard. Sommige van de meest bekende soorten zijn: 

Leeuwen: de grootste en meest iconische van de katachtigen, met mannetjes die herkenbaar zijn aan hun baard en hun grote manen.  

Tijger: een van de meest iconische en gevreesde katachtigen ter wereld. Het is de grootste leden van de kattenfamilie en is herkenbaar aan zijn unieke ruitvormige vachtpatroon. Tiggers zijn endemisch in Azië en leven voornamelijk in bosachtige gebieden, zoals oerwouden en mangrovebossen.

Panters: een andere grotere katachtige, met een glanzende zwarte vacht. 

Cheetahs: de snelste landdier ter wereld, met unieke lichte vlekken en een grote snuit. Lelies: een andere snelle katachtige, met een grote staart en felle ogen. 

Jachtluipaard: een andere grote katachtige, met een uniek vachtpatroon en een flexibele wervelkolom. 

Ocelot: een kleinere katachtige met een prachtige vacht. Serval: een katachtige met lange poten en oren. 

Bobcat: een kleine katachtige die voorkomt in Noord-Amerika. 

Jaguar: een grote katachtige die voorkomt in Zuid-Amerika, met een uniek vachtpatroon.

De meeste soorten zijn bedreigd door verlies van hun natuurlijke leefgebied en jacht.